Technisch lezen

Referentieniveau Lezen: Fictieteksten - Algemene omschrijving 


1F (minimumniveau eind groep 8)
Kan jeugdliteratuur belevend lezen.
1S/2F (streefniveau eind groep 8)
+ Kan eenvoudige adolescenten-literatuur herkennend lezen.

Leerlijn Technisch lezen

Technisch lezen is de basis van alle aspecten van lezen. In de middenbouw zijn verreweg de meeste kinderen nog geen geoefende lezers. Op weg naar vloeiend lezen is het belangrijk dat kinderen zich technieken en strategieën voor woordherkenning eigen maken. Het technisch lezen (op AVI-niveau) van eenvoudige fictieboekjes waar ze in groep 3 mee zijn begonnen, gaat door in de middenbouw. Ook met methodes technisch lezen voor de middenbouw ontwikkelen de kinderen hun technische leesvaardigheid. De gemiddelde lengte van woorden en zinnen neemt steeds meer toe. Stap voor stap leren ze verhalen en boeken lezen die complexer worden in taalgebruik en verhaallijn. Hun leeswoordenschat neemt daarbij toe. Ook leren ze verschillende technieken om een tekst goed op toon en ritme voor te lezen.

 

Tussendoelen Technisch lezen

De leerlingen gebruiken verschillende technieken om woorden snel en nauwkeurig te herkennen. Ze:

  1. herkennen lettercombinaties en letterpatronen (o.a. de sch, de ch, au, ai, ui, oei)
  2. herkennen lettergrepen in geschreven woorden (o.a. horen, beren, overal, vreselijk)
  3. herkennen het unieke letterpatroon van (leen)woorden (politie, tram, etalage)
  4. maken gebruik van de betekenis van een woord (feest – feestelijk)
  5. maken gebruik van de context van een woord (het woord chirurg via een verhaal over een ziekenhuis).

De leerlingen gebruiken verschillende technieken om een tekst goed voor te lezen. Ze:

  1. gebruiken leestekens op de juiste wijze
  2. lezen groepen van woorden als een geheel
  3. lezen een tekst met het juiste dynamisch en melodisch accent
  4. lezen een tekst in het juiste tempo en zonder spellinguitspraak
  5. houden bij het voorlezen rekening met het leesdoel en met het publiek.

 

Technisch lezen stimuleren in de praktijk

Vrij lezen of stil lezen

Laat kinderen regelmatig vrij of stil lezen. Dit is een belangrijke activiteit om woordherkenning te verbeteren en te automatiseren. Kinderen van de middenbouw moeten de gelegenheid krijgen om veel en verschillende boeken van hun leesniveau te lezen. Richt een klassenbibliotheek in die vol staat met allerlei soorten boeken, die de kinderen in gezellige leeshoeken kunnen lezen en waaruit ze fragmenten aan andere kinderen kunnen voorlezen. Ook kunnen kinderen naar aanleiding van de boeken teksten schrijven en deze aan elkaar voorlezen.

 

Kleine heterogene groepen

Laat kinderen in kleine heterogeen samengestelde groepen werken. Dit geeft goede mogelijkheden tot differentiatie, iets dat bij woordherkenning van groot belang is. Zwakke lezers kunnen zien hoe de goede lezers in hun groepje de woordherkenning aanpakken. Stel de groepjes zorgvuldig samen en zorg ervoor dat de verschillen tussen de leerlingen niet te groot zijn, maar ook niet te klein.

Werk daarnaast ook regelmatig in een groepje met de zwakke lezers. Technisch zwakke lezers leren het meest onder de intensieve begeleiding van een competente en stimulerende leerkracht.

Contact

Proclaimer

Colofon

Copyright EN. Alle rechten voorbehouden

 


© 2010 Expertisecentrum Nederlands

Toernooiveld 9

6525 ED Nijmegen

(Campus Radboud Universiteit Nijmegen)