Deelnemen aan gesprekken

Referentieniveau Mondelinge taalvaardigheid: Gesprekken - Algemene beschrijving, taken en taakuitvoering


1F (minimumniveau eind groep 8)
  • Kan eenvoudige gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen in het dagelijks leven en buiten school.





  • Kan in een discussie of overleg de hoofdpunten volgen en kan de eigen mening verwoorden en onderbouwen met argumenten.
    Kan in een discussie of overleg kritisch luisteren naar meningen en opvattingen en een reactie geven.



  • Kan in gesprekken binnen en buiten school informatie geven en vragen en kan kritisch luisteren naar deze informatie.
    Kan informatie beoordelen en een reactie geven.

  • Kan een kort gesprek beginnen, gaande houden en beëindigen.





  • Kan de gesprekspartners redelijk volgen tenzij ze voor onverwachte wendingen in het gesprek zorgen.
    Kan zijn woorden ondersteunen met non-verbaal gedrag.
1S/2F (streefniveau eind groep 8)
  • Kan in gesprekken over alledaagse en niet alledaagse onderwerpen uit leefwereld en (beroeps)opleiding uiting geven aan persoonlijke meningen, kan informatie uitwisselen en gevoelens onder woorden brengen.

  • Kan bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning.
    Kan tijdens een discussie of overleg (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, een overtuiging of mening, instemming of afkeuring  uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.

  • Kan informatie vragen en geven aan instanties binnen en buiten school.
    Kan informatie verzamelen en verwerken via het houden van een vraaggesprek.

  • Kan de juiste frase gebruiken om aan het woord te komen.
    Kan een reactie uitstellen totdat hij de bijdrage van de ander geïnterpreteerd en beoordeeld heeft.

  • Kan het spreekdoel van anderen herkennen en reacties inschatten.
    Kan het verschil tussen formele en informele situaties hanteren. Maakt de juiste keuze voor het register en het al dan niet hanteren van taalvariatie (dialect, jongerentaal).

Leerlijn Deelnemen aan gesprekken

In de middenbouw ligt het accent in gespreksvaardigheid steeds meer op de zelfstandigheid van kinderen. Ze nemen het initiatief tot gesprekken, kunnen de gesprekslijn goed vasthouden en stimuleren elkaar tot interactie. In de kleine kring bijvoorbeeld krijgen ze gelegenheid ideeën uit te wisselen en op elkaar te reageren. Ook verduidelijken ze wat ze over willen brengen door gebruik te maken van woordaccent, klemtoon en intonatie.
Ze leren de hoofdlijn van een gesprek steeds beter te volgen. Tijdens het luisteren leren ze zelf structuur aanbrengen in de boodschap van de spreker, waarbij ze gebruikmaken van kennis die ze al over het gespreksonderwerp hebben.

 

Tussendoelen Deelnemen aan gesprekken

De leerlingen:

  1. kennen nemen het initiatief tot gesprekken in kleine en grote groepen
  2. kunnen een gesprekslijn vasthouden
  3. stimuleren elkaar tot interactie
  4. onderhandelen over betekenissen
  5. houden rekening met wat gesprekspartners weten.

 

Deelnemen aan gesprekken stimuleren in de praktijk

Interactie in de kleine kring
Interactie in de kleine kring is bij uitstek geschikt om het voeren van gesprekken te oefenen. Voer in een kleine heterogene groep van 4 of 5 kinderen een uitwisselingsgesprek. Laat bij voorkeur kinderen zelf een onderwerp inbrengen, bijvoorbeeld over het ziekenhuis omdat de oma van een kind daar ligt.
Stimuleer elk kind ideeën in te brengen en te reageren op een ander. Breng concrete materialen in om het gesprek te ondersteunen. Alle deelnemers aan het gesprek zijn gelijkwaardig: kinderen hoeven niet hun vinger op te steken, ze zijn immers in gesprek met elkaar. Neem zelf niet de controle over het gesprek maar volg de gedachtegang van de kinderen.

Samen doordenken en praten
Stimuleer kinderen in gesprekken complexe taalfuncties te gebruiken, zoals ordenen, vergelijken, redeneren en argumenteren. Voer een gesprek in de kleine kring, ga in op de bedoelingen van het kind en vraag door om meer duidelijkheid te krijgen. Onderhandel met het kind over de betekenis, waardoor het kind nieuwe taalkennis en taalvaardigheden opdoet. Kies een onderwerp dat past bij de belevingswereld van de kinderen. Let erop dat alle kinderen gelegenheid krijgen hun gedachten te verwoorden.

Contact

Proclaimer

Colofon

Copyright EN. Alle rechten voorbehouden

 


© 2010 Expertisecentrum Nederlands

Toernooiveld 9

6525 ED Nijmegen

(Campus Radboud Universiteit Nijmegen)